Het is tien over zes. Het regent een beetje. Op een inklapbaar bankje, voor het Beautiful Distress House op de NDSM-werf zit een vrouw in regenpak. Als ik haar vraag of ik haar vanavond mag vergezellen naar The Sheeptown Project, vraagt ze mij: ‘Je maakt geen foto’s hè?’

Haar naam is Lieke en ze blijkt oud communicatiemedewerker van Over het IJ. Toch is dat niet de reden van haar komst vanavond. Ze is er speciaal voor het werk van Alexandra Broeder. Zodra ze in een programma die naam tegenkomt, weet ze al dat het goed zit, dat zij goed zit. Ze vindt het leuk dat je in dit werk ‘iets ondergaat’. Op haar telefoon laat ze me een filmpje zien van een andere installatie van Broeder die ze kort geleden bezocht bij Frascati. ‘Het zijn nooit standaard voorstellingen,’ zegt ze.

Voor Lieke naar de werf vertrok, is ze nog een uurtje gaan liggen, thuis. Vannacht was ze bij een vriendin blijven slapen, die vanavond ook weer komt. Ze gaan vaker samen naar het werk van Alexandra Broeder. Eerder vond ze het wel eens intimiderend of spannend, maar nerveus is Lieke niet.

Het is vijf minuten voor aanvang. Petra voegt zich bij ons. Ze kijkt verbaasd om zich heen. Er is veel veranderd op de werf sinds de laatste keer dat ze hier was en het is zo levendig, ‘overal lopen mensen’. De vriendinnen vertellen me dat de voorstelling niet lang duurt, ongeveer een uur. Verder hebben ze er nog niets over gelezen. Ze laten zich liever verrassen.

Een medewerker van Over het IJ, een wat oudere vrouw, vraagt om onze entreebewijzen. Ik heb een geprint ticket en ze kijkt me verrast aan. ‘Wat fijn, een papieren kaartje’. Van alle andere bezoekers controleert ze de smartphones.
We mogen per vier naar binnen. De twee vriendinnen worden ingedeeld bij een koppel en ik kijk van buiten toe hoe Lieke haar regenjas in een blauwe bak legt.

We gaan een wit gordijn door.
- We zien, we ondergaan, The Sheeptown Project -

Ongeveer een uur later. Het is opgeklaard. - Of lijkt het licht alleen maar fel na het sfeerlicht van zojuist? - Lieke en Petra wachten me op bij het bankje waar ik Lieke eerder op de avond trof. Ze zijn wat stil, lijken nog niet helemaal ‘terug’ te zijn. ‘Het was een andere wereld,’ zegt Lieke. Petra merkt op dat de kinderen, die daarnet nog acteurs waren, nu verderop zitten te stoepkrijten. Alsof het gewone kinderen zijn. Ze vindt het jammer dat ze niet heeft kunnen applaudisseren. Ze overweegt de kinderen te vragen hoe ze bij het project betrokken zijn geraakt. Lieke twijfelt, misschien laat ze het liever een mysterie.

Inmiddels is Alexandra Broeder ook naar buiten gekomen. Petra zegt tegen Lieke dat ze denkt ‘dat dat Alexandra is’. Ze had haar in de voorstelling af en toe naar één van de kinderen zien knikken. Op dat moment zwaait Alexandra in onze richting, ze zwaait naar mij. Ik zwaai terug. Petra zou wel willen vragen wat haar drijft, in het maken van dit werk, in het scheppen van die andere wereld. Lieke twijfelt.

Ik loop in de richting van de maker. De vriendinnen gaan de andere kant op, nog een drankje drinken, met z’n tweeën. Ze zwaaien. Sommige dingen mogen een mysterie blijven.