Naarmate ik ouder word vind ik het lastiger om precies te kunnen zeggen wie ik ben. Ik kan me goed aanpassen aan verschillende omgevingen en binnen de context van een onbekende situatie met nieuwe mensen een ingang vinden voor een gesprek. Een soort mentale haak vinden binnen iemands persoonlijkheid om me mee - of aan te verbinden. Een veelheid aan omgevingen en een verleden van steeds een nieuwe werkbubbel maakt dat dit aanhaken mij persoonlijk soms doet denken aan een soort schizofrenie. Elk jaar nieuwe mensen om me heen, vaak in compleet nieuwe werksituaties, op verschillende plekken, in verschillende beroepen, maakt dat al deze werelden soms als een soort jassen voelen. De jassen hangen stuk voor stuk in mijn kast en ik trek ze er op willekeurige momenten uit wanneer ze nodig zijn.

"Thuis hangen de jassen naast elkaar aan mijn kapstok. Is de kapstok dan misschien wie ik ben?"

Omdat de jassen heel helder en vormvast zijn in wat ze proberen te zijn, lijkt de ene jas vaak weinig met de andere jas te maken te hebben. Thuis hangen de jassen wel allemaal naast elkaar aan mijn kapstok. Is die kapstok dan misschien wie ik ben?
Ik denk dat iedereen wel het stereotype voorbeeld kent van ‘de vriend waarmee je goed kan praten’, of ‘de vriend waarmee je altijd kan lachen’. Dit aanpassen aan, of misschien beter nog - vormen naar, vind ik interessant. Alsof de buitenwereld, in dit geval een ander, mij de juiste ingang geeft om een deel van mezelf te uiten. Waarbij bij mij ook meteen de vraag ontstaat of mijn karakter voortdurend wacht op condities die het mogelijk maken om bepaalde eigenschappen die ik heb te ventileren. Zijn we voortdurend op zoek naar verbinding met mensen, dingen en situaties om onszelf te kunnen zijn? Bestaat er dan zoiets als een ultieme ontmoeting of situatie waarbinnen de condities alomvattend zijn? Uit deze gedachten en vragen ontstond de gedachte dat er 'ergens in het gebied tussen mijn fysieke lichaam en de buitenwereld een uitwisseling plaatsvindt', nu de basis van de voorstelling Now, Not Now and Now.

Hersenspinsels
Met de bovenstaande zin als basis, kwamen er allerlei nieuwe vragen in me op. Wat betekent die uitwisseling voor mijn identiteit? Wie ik ben, waar ik ben, waar ik sta, waar ik besta en of ik besta? Mijn identiteit beweegt, is voortdurend in verandering, veranderlijk en vergankelijk. In welke mate bepaalt de ruimte buiten mijn fysieke lichaam mijn pad? Is er überhaupt een buiten? En waar ligt dan die 'grens'? Is mijn identiteit misschien een graadmeter of een soort kompas waarmee ik door de wereld navigeer? Als ik overal waar ik de buitenwereld 'raak' filter hoe ik mezelf tot deze informatie verhoud, en vervolgens implementeer hoe ik deze ‘bevinding’ weer naar buiten ventileer, zijn we dan niet feitelijk één groot fluïde wezen? Voortdurend in beweging en in transformatie. Zou dit proces van inhaleren, filteren, sorteren en exporteren misschien de essentie zijn van wie ik ben en waar ik besta?

"Net als onze identiteit verandert en ademt het werk met ons mee"

Werkproces
Inmiddels zijn we zes maanden verder en werken we de afgelopen twee weken in het NDSM-theater om deze hersenspinsels handen en voeten te geven. Op zoek naar een gezamenlijke ziel, compositie en beeldtaal hebben we steeds geprobeerd weg te blijven van een narratief. We zijn gaandeweg meer lijnen en verbanden aan het aanbrengen in onze associaties en schetsen met de performers, zonder in een chronologie of een logisch vervolg in handelingen te denken. Op deze manier krijgt het werk steeds meer vlees en botten om het lijf. Net als onze identiteit verandert en ademt het werk met ons mee. Op 18, 19, 20 en 21 maart geven we het om 20.30 via live stream vrij de ruimte.

Ben jij erbij? Koop je tickets hier!